Eritrese Yohana voetbalt bij de MO15 van FC Zoetermeer

Foto: Monica Lugtigheid

Monica Lugtigheid IS al jaren als vrijwilliger zeer betrokken bij nieuwkomers (statushouders) in Zoetermeer. Ze heeft lange ervaring met inburgering in verschillende soorten klassen en ze kan daar inmiddels een boek over schrijven. Ze helpt vele statushouders om de weg te vinden naar zwemles of sport en zo nu ook bij de ISK (internationale schakel klas).

Inmiddels hebben dit jaar een paar kinderen op school hun zwemdiploma behaald en zijn vier Eritrese meiden die nauwelijks Nederlands spreken op voetbal gegaan. Zij spelen nu in de MO15 bij FC Zoetermeer. Dit lijkt misschien vanzelfsprekend ‘meisjes op voetbal’ maar in werkelijkheid heeft dit veel voeten in de aarde. Monica heeft het verhaal van de Eritrese Yohana op schrift gezet.

Het verhaal van de Eritrese Yohana

Yohana zegt dat ze heel graag op voetbal wilt. De Eritrese Yohana (14) woont inmiddels 2 jaar in Zoetermeer en durft zoiets wel aan mij te vragen. Ik vraag haar of ze alleen wilt of dat er misschien een vriendinnetje is die ze mee kan vragen. Op het schoolplein zijn er meer meiden die graag voetballen met Marcel (onderwijs assistent ISK). Een minuut later staat Rahel voor mijn neus, Yohana heeft haar aan haar arm meegetrokken en zegt dat Rahel ook graag op voetbal wil.

Rahel komt net als Yohana uit Eritrea en woont sinds kort in Zoetermeer. Als je de Nederlandse taal niet spreekt kun je niet als een ‘gewone 14 jarige’ naar de middelbare school. Dan ga je eerst naar de ISK (internationale schakelklas) om daar in ongeveer 2 jaar de Nederlandse taal te leren. Ik ontmoet Yohana en Rahel daar. In Eritrea spreekt men over het algemeen geen Engels, zo is het heel lastig om Nederlands te leren. Sommigen van hen zijn ‘thuis’ ook niet naar school geweest, gezinnen zijn ‘op de vlucht’.

Stel je eens voor dat jij in Eritrea Tigrinya moet leren in een klas waar alleen Tigrinya (Eritrese taal) gesproken wordt), zonder woordenboeken (want die zijn er bijna niet). Zonder vertaal app, want die zijn er ook niet (of kloppen niet) Best een uitdaging. Hier op school wordt Nederlands geleerd en gesproken maar om een taal echt te leren is het belangrijk dat je in het dagelijks leven ook kan oefenen. Op het voetbalveld waar je voetbalt met Nederlandse leeftijdsgenootjes bijvoorbeeld.

Zo gezegd zo gedaan, ik bel met de voetbalverenigingen in Zoetermeer en de meisjes kunnen met een proefles mee doen bij FC Zoetermeer. ‘Zo gezegd, zo gedaan’ blijkt in de praktijk helaas niet zo. Voor meisjes als Yohanna of Rahel is dat niet te doen. Alles moet online geregeld worden en natuurlijk in het Nederlands, iets opzoeken online, bellen, vragen stellen, inschrijven. En dan heb ik het nog niet over wat je verder allemaal nog moet doen en begrijpen in het Nederlands om lid te worden maar vooral ook te blijven.

De eerste training is Rahel alleen (Yohana moet ook nog naar zwemles op maandag). Daar staat ze dan, Iedere moeder kent dat gevoel, je kind voor het eerst ergens naar toe, omringd door onbekenden. Hoe moet dat voor Rahel zijn waar niet alleen de taal maar alles nieuw en onbekend is. Ik kijk naar haar en ik krijg een brok in mijn keel. ‘Wow wat een stoer meisje is dit!’ De meisjes uit het team giechelen wat en sommige proberen wat tegen haar te zeggen, Rahel knikt wat lievig maar ik zie dat ze het nog niet snapt allemaal. Gelukkig als de training eenmaal begint zakt de spanning een beetje weg. Door goed te kijken naar de anderen lukt het wel.

De volgende training staan er ineens 4 Eritrese meiden van de ISK bij de training, Yohana is er nu ook en Arsema en Wahazit zijn ook meegekomen. Ik krijg een appje van de trainer dat het heel leuk is dat iedereen zo enthousiast is maar dat het wel van te voren gemeld moet worden, ik leg het ze (met handen en voeten) uit.

Na de proeftrainingen blijkt dat het voor de trainers en het team niet makkelijk gaat en zo vanzelfsprekend is als gedacht. De meiden spreken zo goed als geen Nederlands en snappen vaak niet wat ze precies moeten doen. Dit blijkt best een opgave voor de vrijwillige trainers van FC Zoetermeer. De groep is al best groot en met een paar trainers is het sowieso al een hele opgave. Heel veel tijd om 10x iets uitleggen is er niet, en gaat ook ten koste van de aandacht aan het hele team, hoe graag ze dat ook zouden willen.

De trainers en team vragen zich af de meiden wel mee kunnen doen met wedstrijden en alle trainingen. Hoe komen ze eigenlijk bij de uitwedstrijden? Het dilemma is dat het voor iedereen haalbaar moet blijven om lekker te kunnen blijven trainen en voetballen. Leg bijvoorbeeld maar eens uit wat buitenspel is.

Maar oh wat een teleurstelling als ik de meiden probeer uit te leggen, wat de coördinator mij zojuist heeft verteld. Wat willen de meiden graag echte wedstrijden spelen, ze staan te trappelen. Iedere dag vragen ze het wel een paar keer aan mij. Ik zeg tegen hen dat ze vragen moeten durven stellen en laten zien dat ze stiekem eigenlijk best al wat Nederlands kunnen spreken. Zo krijgen de trainers vertrouwen, dat het wel goed komt.

De vereniging met haar vrijwilligers kun je niet alleen de taak geven om dit op te pakken, ‘de wil’ is er wel maar In de praktijk blijkt dat het vaak misgaat. De taal dus de communicatie ‘daar stokt het’. Contributie betalen, op de hoogte zijn dat je met een Zoetermeerpas kan betalen en dat dan blijkt dat de Zoetermeerpas nog niet is aangevraagd. Hoe kom je bij de uitwedstrijden? Wat trek je aan?

Zo staat één van de meisjes voor de training te bibberen omdat het zo koud is en wil in haar spijkerbroek gaan meedoen. Ik zeg haar dat dat niet mag. Op het eerste gezicht lijkt ze een onverschillige puber die haar spullen is vergeten maar in werkelijkheid blijkt dat ze geen trainingspak heeft. Samen lopen we het clubhuis binnen bij Fc Zoetermeer. Ik vraag wat rond en binnen ‘no time’ regelt iemand een broek voor haar! Een moeder (ook trainster van het team) heeft nog wel een paar voetbalschoenen in de kast en deze krijgt Wahazit als blijkt dat zij maat 38 heeft en al 4x heeft getraind op maat 35.

Samen met de trainers en meisjes uit het team gaan we in gesprek. Aan Piezo vraag ik om een tolk en samen met de broer van Yohanna die ook helpt met vertalen komen we er wel uit. Ook de docenten van de ISK en een ZEER welwillende voorzitter van Fc Zoetermeer helpen met van alles. Inmiddels hebben 3 meiden hun eerste speelminuten kunnen maken. Wahazit nog niet want voor haar moest eerst haar Zoetermeerpas nog aangevraagd worden.

De eerste wedstrijd werden de meiden aangemoedigd door Marcel, en Martha hun docenten en Odi die net als ik vrijwilliger is bij het ISK. Wij staan met zijn vieren heel hard te juichen als er twee punten worden gescoord, de meiden kijken verbaasd als wij staan te joelen. (Misschien vinden ze dat net als gewone pubers ook wel een beetje gênant). De andere docenten komen snel ook een keer kijken. Odi heeft beloofd dat ze de eerste uitwedstrijd wel wil rijden net als de broer van Yohana.

Als ik soms hoor dat Nederlandse ouders het maar stom vinden dat er nooit eens een vader of moeder mee komt of rijdt naar de wedstrijden dan snap ik dat ze dat denken alleen bij het ISK zien we juist dat ouders broers en zussen heel erg betrokken zijn bij hun kinderen. Naast dat ze het hele fenomeen ‘op voetbal’ niet kennen hebben de meesten geen Nederlands rijbewijs omdat de theorie in het Nederlands moet (duurt dus wel een paar jaar voordat dat lukt). Maar ook omdat het gezinnen zijn die met zijn allen aan het overleven zijn die eerste jaren.

Ze zijn nu pas een paar weken bezig maar in de appjes durven de meiden al te schrijven in het Nederlands, spraakberichten om het te verduidelijken. Teamgenootjes durven langzaam ook met ze te kletsen ook al gaat dit nog heel moeizaam. De meiden zijn zo blij en enthousiast, het winterseizoen is nu eindelijk voorbij.

Hoe leuk is het om te zien dat eigenlijk iedereen hier blij van wordt. Iedereen bij FC Zoetermeer wil graag helpen. Er zijn door FC Zoetermeer zelfs boeken gekocht met plaatjes en woorden in Tigrinya om dingen te verduidelijken. Hoe welkom kun je je voelen. Als mensen het verhaal kennen ‘helpt dat heel veel’. De meiden van de MO15 dat zijn natuurlijk de echte helden, zij maken dit uiteindelijk mogelijk door de Eritrese meisjes op te nemen in hun team.

(tekst: Monica Lugtigheid)

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen