VVD: Statushouders houden voorrang bij woningen

De fractie van de VVD heeft naar aanleiding van een artikel in het AD mondelinge vragen gesteld over statushouders en voorrang bij woningen.

Inleiding van de mondelinge vragen

Sinds 1 januari 2017 is landelijke wetgeving aangepast en hebben statushouders (asielzoekers met een verblijfsvergunning) niet langer automatisch een voorrangspositie bij het in aanmerking komen voor sociale huurwoningen. De wetgeving is aangepast om verdringing van reguliere woningzoekenden tegen te gaan. Gemeenten kunnen sinds 1 januari zelf bepalen welke groepen een voorrangspositie krijgen en welke niet.

In het AD van dinsdag 3 januari staat een artikel onder de titel “Statushouders houden voorrang bij woningen”. Volgens dit artikel zou de gemeentewoordvoerder het volgende stellen:“… Wij zien geen aanleiding om de gemeenteregels te veranderen.” Volgens dit artikel zou de Burgemeester aangeven dat de statushouders hun urgentie behouden, tenzij de raad anders beslist.

De vragen

Naar aanleiding van dit artikel heeft de VVD-fractie de volgende vragen:

1. Is de inhoud van het artikel in het AD correct weergegeven waarin wordt gesteld dat de gemeente [lees: het college] geen aanleiding ziet om gemeenteregels te veranderen? Zo ja, op basis van welke overwegingen neemt u die stelling (bij wijziging van de wetgeving de regels daaraan niet gelijk te trekken)? Zo nee, welke aanpassingen zijn er dan in uw optiek gewenst?
2. Gezien het oogmerk van de wetswijziging om verdringing tegen te gaan van reguliere woningzoekenden bij de toewijzing van sociale huurwoningen: hoe denkt het college zulke verdringing tegen te gaan en tegelijkertijd toch in staat te blijven te voldoen aan de verplichting om statushouders binnen een korte termijn aan woonruimte te helpen?
3. Zijn er in Zoetermeer, buiten de groep welke in aanmerking komt voor de urgentieverklaring, op basis van aantoonbaarheid van een woonsituatie welke medisch of sociaal ontwrichtend/levensbedreigend is, andere groepen welke voor een urgentieverklaring in aanmerking komen? Zo ja, welke groepen zijn dat, en op basis waarvan verkrijgen zij de urgentieverklaring. Vind u het correct en sociaal-maatschappelijk verdedigbaar dat deze groepen een uitzonderingspositie hebben ten opzichte van andere woningzoekenden naar een sociale huurwoning? Graag uw antwoord onderbouwen. Zou u voorgaande in overweging nemende, richtlijnen in Zoetermeer willen aanpassen? Zo ja welke?