Zó! Zoetermeer is bezorgd over brandveiligheid woontorens

Foto: CC0

De fractie van Zó! Zoetermeer Schrijft in schriftelijke vragen dat er veel publiciteit is geweest over de zorgen van brandweercommandant Esther Lieben. Het betreft de onmogelijkheid om in geval van brand mensen uit hoogbouw te kunnen halen, en de beperkte mogelijkheden om branden in hoogbouw te kunnen blussen.

De brandweercommandant wijst erop dat er voor gebouwen hoger dan 70 meter verscherpte eisen gelden, maar dat de brandweer in een (te) laat stadium moet ‘onderhandelen’ over de brandveiligheid. Tevens geeft zij aan dat hoogwerkers maximaal 30 meter hoog kunnen komen, wat betekent dat ook voor gebouwen lager dan 70 meter het evacueren van mensen in geval van brand geen simpele zaak is. Zij geeft aan dat woontorens in ieder geval niet geschikt zijn voor ouderen die niet zelfstandig de trappen af kunnen. Zij wijst daarbij op voorbeelden zoals de brand in de toren in Londen van 2 jaar geleden.

Een ander punt van zorg voor de fractie van Zó! Zoetermeer is het dicht op elkaar bouwen van woontorens met onvoldoende mogelijkheden voor het opstellen van brandweerauto’s en hoogwerkers.

Zó! Zoetermeer was eigenlijk in de veronderstelling dat de brandveiligheid een eerste uitgangspunt zou zijn bij alle woningbouw en is geschrokken van de opmerkingen van mevrouw Lieben. Zó! Zoetermeer denkt dat zij als ervaren brandweerprofessional als geen ander weet waar zij het over heeft en dat haar waarschuwingen uiterst serieus genomen moeten worden.

Voor Zó! Zoetermeer voldoende redenen om schriftelijke vragen te stellen. De vragen die de fractie van Zó! Zoetermeer stelde zijn:

1. Mevrouw Lieben stelde onder andere in de publiciteit vanochtend dat woontorens geen goed idee zijn voor mensen die slecht ter been zijn. In Zoetermeer wordt voor praktisch alle toekomstige woontorens gesproken over ‘empty nesters’ als mogelijke doelgroep. De empty nester van vandaag is natuurlijk de bejaarde van morgen. Welke mogelijkheden heeft het college in gedachten voor het evacueren van oudere bewoners die op de bovenste etage wonen van een gebouw van bijvoorbeeld 55 meter hoog?

2. Hoe staat het met de bestaande woontorens (o.a. Stadshart, en Oosterheem)? Zijn daarvoor de evacuatieplannen en de brandveiligheid actueel (mede gezien de lessen die getrokken moeten worden uit de woontoren-branden op andere plaatsen in de wereld)? Welke mogelijkheden tot evacuatie zijn er voor de verpleeghuizen die o.a. in Oosterheem behoorlijk hoog zijn geworden? Wordt daar wel geoefend met ontruiming? Wanneer was de laatste keer?

3. De brandweer, bij monde van mevrouw Lieben geeft aan dat zij (te) laat bij bouwplannen worden betrokken en dat er dan min of meer ‘onderhandeld’ moet worden over zaken zoals het gebruik van brandwerende materialen. Dat lijkt ons niet de positie die de brandweer zou moeten hebben. Is het college bereid om – samen met de brandweer – een plan van aanpak op te stellen specifiek voor alle toekomstige hoogbouwplannen (hoger dan het bereik van een hoogwerker), waarin a) een set van regels wordt opgesteld, en b) klip en klaar wordt afgesproken op welke momenten de brandweer wordt betrokken bij de bouwplannen en c) ook vanaf het begin rekening gehouden wordt met opstelmogelijkheden voor de brandweer en andere hulpdiensten?

4. Afgesproken is dat bij toekomstige woningbouw goed rekening wordt gehouden met mensen die een scootmobiel nodig hebben. Er is momenteel een flink probleem met de ouderen die in appartementen wonen omdat zij nergens de scootmobielen in of vlakbij hun woning kunnen stallen en opladen. Welke richtlijnen heeft het college hiervoor in gedachten in de toekomstige woontorens? Wij willen graag weten aan welke ruimte qua oppervlak wordt gedacht, maar ook wat de eisen voor brandveiligheid worden.

5. Mevrouw Lieben wijst op de nieuwe risico’s waar het gaat om elektrische auto’s. Er zijn nu voor Zoetermeer allerlei plannen voor parkeren in garages in de woontorens en voor een garage voor 400 auto’s onder de Markt. Is het college bereid om in overleg met de brandweer een overzicht van de risico’s op te stellen met daarbij de mogelijkheden om het brandgevaar zo klein mogelijk te maken, deze maatregelen te handhaven, én de mogelijkheden die er zijn om – als er toch brand uitbreekt – adequaat te kunnen handelen.

6. Hoe denkt het college over beperking of verbieden van inpandige oplaadpunten voor elektrische auto’s in combinatie met hoogbouw?

7. Zó! Zoetermeer denkt – mede naar aanleiding van eerdere signalen van de brandweer – dat de brandveiligheid in Nederland te weinig aandacht krijgt (wij blijken in vergelijking met bijvoorbeeld Engeland maar heel weinig eisen te stellen aan de brandveiligheid van meubels). Het lijkt ons goed om daar – te beginnen in de gemeenteraad – veel meer aandacht aan te geven. Is het college bereid om voor de gemeenteraad een openbare masterclass te organiseren over brandveiligheid in woontorens?

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen