Wethouder Paalvast doet mee aan het scheiden van afval

Ondertekende intentieverklaring
Ondertekende intentieverklaring
Foto: Freddy Blommers

Wethouder Paalvast startte ook aan de 100-100-100 Challenge. Inmiddels is het project halverwege en geeft de wethouder een kijkje in zijn ervaringen tot nu toe. Wethouder Paalvast zegt daar zelf het volgende over:

Wethouder Paalvast spreekt over Project 100-100-100
Wethouder Paalvast spreekt over Project 100-100-100

Voorbeeld geven

Als wethouder Groen en Duurzaam moet je natuurlijk het goede voorbeeld geven. Al voor de challenge 100-100-100 zamelde ik het plastic, blik en drankenkartons gescheiden in. Het mooie aan de challenge is dat je nu veel bewuster bezig bent met afvalafscheiding. Ik had zelf eigenlijk geen idee hoeveel restafval ik met mijn gezin per week weggooide. Dat heb ik nu wel en ik merk dat ik steeds kritisch wordt met het weggooien van restafval, ik probeer steeds meer te scheiden, etensresten, papier, glas, plastic, kleding. Mijn ervaring is dat je dan echt nog maar een minimale hoeveelheid restafval overhoudt. In mijn geval 1 zak per week.

Restafval fors terugbrengen

Door gezamenlijk met zo’n 50 gezinnen deze challenge te doen, geeft het ook een goed beeld dat de hoeveelheid restafval fors teruggebracht kan worden. Gemiddeld leveren de deelnemers minder dan 2 kg restaval per week aan. En dat staat in schril contrast met de hoeveelheid restafval in de in de randstad dat aangeboden wordt: maar liefst 11 kg per gezin per week. We kunnen dus nog enorme slagen maken! Voor mij is wel de vraag hoe we de rest van de inwoners over de streep gaan krijgen want in het begin is het best even wennen. Waar laat je het plastic afval, zet je daarvoor een extra pedaalemmer in de keuken? Of verzamel je het in plasticzakjes?

Eerst wennen

Mijn ervaring is dat je in het begin even moeten wennen aan het afval scheiden. Je moet er aan wennen dat je niet alles klakkeloos bij het restafval gooit. Dat is in het begin een beetje uitproberen wat werkt en waarvoor je ruimte hebt in de keuken. Het mooie is uiteindelijk dat je nog maar heel weinig restafval overhoudt. De andere afvalstromen kunnen hergebruikt worden. Dat is goed voor het milieu maar ook zeker voor de portemonnee: restafval afvoeren kost geld terwijl de andere afvalstromen zoals plastic en GFT minder geld kosten om te verwerken of zelfs geld opleveren. Dit is uiteindelijk van invloed op de hoogte van de afvalstoffenheffing die we betalen.

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen